Openbare verlichting met kaarsen
In de 16e eeuw werd in enkele Nederlandse steden de eerste openbare verlichting in de vorm van kaarsverlichting ingevoerd. Hiervoor was aanwezige straatverlichting voornamelijk afkomstig van particuliere initiatieven. Kaarsen waren een dure oplossing, omdat ze een korte levensduur hebben en dus al weer snel vervangen moesten worden. De armaturen werden gemaakt van allerlei soorten materialen zoals ijzer, aardewerk of hout. Aan de bovenzijde zat een snuiver waardoor de rook kon ontsnappen.
Olielantaarns
Een eeuw later, in 1663, bedacht de Amsterdamse uitvinder Jan van der Heyden – ook bekend van de slangenbrandspuit – een olielantaarn met een afgesloten reservoir waaruit de olie niet kon
weglopen. De soort olie die toegepast werd was raapolie, wat gewonnen werd uit koolzaad. Naast dat deze olie veel meer licht geeft dan kaarsen, ging het ook nog langer mee. Deze olielantaarn was snel erg succesvol, waardoor deze als openbare verlichting in veel steden werd toegepast. Door de wens om deze overal te kunnen plaatsen vond Van der Heyden de eerste lantaarnpaal uit, toen nog (meestal) gemaakt van eikenhout.
Gaslantaarns
In de 19e eeuw werden gaslantaarn geïntroduceerd. Gasverlichting had twee grote voordelen ten opzichte van olielantaarns: 1. het was veel goedkoper, en 2. het was gemakkelijker in één keer aan te steken. In het begin was er nog veel publieke weerstand tegen deze manier van openbare verlichting. Ook het aanleggen van gasleidingen kwam in Nederland relatief laat op gang, waardoor Amsterdam in 1847 de eerste stad was met openbare verlichting op basis van gas.
Elektrische openbare verlichting
Niet lang na de invoering van de gasverlichting werd de eerste elektrische verlichting geïntroduceerd: de booglamp. Met de invoering van de gloeilamp begin 2oste eeuw, verloren zowel de gasverlichting als booglampen aan terrein. De gloeilamp zou niet veel later weeral vervangen worden voor zuinigere lampen en uiteindelijk wordt tot vandaag de dag de natriumdamplamp het meest gebruikt voor openbare verlichting. Laatste jaren wordt echter steeds meer aandacht besteed aan duurzame en energiezuinige buitenverlichting en straatverlichting.
Ledverlichting
De klassieke straatlanaarns van DE NOOD zijn inmiddels in ruim 200 Nederlandse gemeenten terug te vinden als openbare verlichting. Om vooruit te lopen op de vraag vanuit de markt combineert DE NOOD historische kenmerken met moderne, hedendaagse technieken om klassieke buitenverlichting te creëren met een nostalgische uitstraling. Een voorbeeld hiervan is de indirecte ledverlichting.